Wedstrijdreglement
ARTIKEL 1 : UITGANGSPUNTEN
Voor alle zittingen en evenementen zijn van toepassing :
• de spelregels, zoals die zijn vastgelegd in “Spelregels voor wedstrijdbridge” van de Nederlandse Bridge Bond en
• het wedstrijdreglement van de Nederlandse Bridge Bond, voor zover niet anders geregeld hierna (in de volgende artikelen).
ARTIKEL 2 : SYSTEEMKAART
In de A- en de B-lijn is elke speler verplicht een systeemkaart bij zich te hebben en deze ongevraagd vóór aanvang van een ronde aan de
tegenstanders te overleggen.
Wanneer niet beide spelers van een paar tijdens een zitting aan deze verplichtingvoldoen, kan de wedstrijdleider de score van dat paar
verminderen met 1 procent.
ARTIKEL 3 : SPEELDUUR
De speelduur voor een ronde van vier spellen is 30 minuten; voor het wisselen van tafels wordt 2 minuten uitgetrokken.
Vijf minuten vóór het einde van een ronde geeft de wedstrijdklok een signaal, waarna niet meer aan een volgend spel mag worden begonnen.
In geval van het ongemeld overtreden van deze regel, kan de wedstrijdleider een arbitrale score vaststellen van 40% voor beide paren.
Wanneer een spel als gevolg van deze regel niet meer gespeeld kan worden, wordt het spel als “ niet gespeeld “ in de uitslagberekening
opgenomen.
ARTIKEL 4 : INDELING IN GROEPEN
Bij aanvang van een bridgeseizoen kunnen nieuwe leden (paren), indien daar ruimte voor is, worden ingedeeld in de lijn met speelsterkte één lijn
onder de laatste en aantoonbare speelsterkte van het toetredende paar of de laagste speelsterkte van een van de leden van dat paar.
Het voorstaande mag nooit leiden tot benadeling in de promotie van bestaande leden.
Als er meerdere paren in willen stromen, geldt de volgorde van aanmelding. Los van het bovenstaande, kan een nieuw paar toegelaten worden
tot de vereniging en starten in de onderste lijn zolang als het door het bestuur vastgestelde maximale aantal leden (paren) nog niet is bereikt.
Wanneer een lid van de vereniging een nieuw paar vormt met een ander lid, dient dit nieuwe paar te beginnen in de lijn met speelsterkte één lijn
onder die van het hoogst geplaatste lid.
Indien beide leden in dezelfde lijn speelden,wordt dit nieuw gevormde paar in die lijn ingedeeld.
Wanneer een lid van de vereniging een nieuw paar vormt met iemand van buiten de vereniging (een nieuw lid derhalve) moet dit paar beginnen
in de lijn, die één lager is dan die, waarin eerstgenoemde speelde.
De behaalde resultaten tijdens de introductieperiode van een paar worden niet meegenomen bij het bepalen van plaatsing van dat paar in een
lijn of mogelijke promotie naar een hogere lijn dan waarin gespeeld werd tijdens de introductieperiode.
ARTIKEL 5 : CLUBKAMPIOENSCHAP
Voor het behalen van het clubkampioenschap gelden de volgende regels :
Na afloop van elke ronde krijgt elk paar uit de A-lijn evenveel punten voor het clubkampioenschap als de positie op de ranglijst aangeeft.
Voor de paren uit de B-, C- en D-lijn geldt hetzelfde met dien verstande, dat het door hen behaalde aantal punten respectievelijk met 4, 8 en 12
wordt verhoogd.
Clubkampioen is het paar, dat op basis van deze regels èn de uitslag van de Top-Integraal competitie aan het eind van het seizoen het kleinste
aantal punten heeft behaald.
Wanneer twee of meer paren hierbij gelijk eindigen, geeft de eindstand over de gespeelde reguliere competitieronden de doorslag bij de
toekenning van het clubkampioenschap.
Een paar kan alleen clubkampioen worden als het alle competitieronden heeft gespeeld en daarbij de samenstelling van het paar niet is gewijzigd.
De vijf “Top-Integraal” - zittingen gelden als één competitieronde, waarbij de punten als volgt worden toegekend :
Punten
Paren
1 punt
1
2 punten
2 en 3
3 punten
4 t/m 6
4 punten
7 t/m 10
5 punten
11 t/m 14
6 punten
15 t/m 18
7 punten
19 t/m 23
8 punten
24 t/m 28
9 punten
29 t/m 33
10 punten
34 t/m 38
11 punten
39 t/m 43
12 punten
44 en hoger
Bij verandering van het aantal leden van de vereniging kan deze puntentelling worden herzien.
Voor de Top-Integraalcompetitie geldt dezelfde regeling voor invallers of afwezigheid als onder artikel 8 genoemd
ARTIKEL 6 : SLEMKAMPIOENSCHAP
Voor een geboden en gemaakt klein slem krijgt een paar 3 punten, voor een geboden en gemaakt groot slem 10 punten. Het paar, dat aan het
eind van het seizoen de meeste punten heeft verzameld, wint het slemkampioenschap.
Wanneer een paar vervangen wordt door twee invallers kunnen geen slempunten worden verkregen.
ARTIKEL 7 : PROMOTIE EN DEGRADATIE
Na elke competitieronde promoveren de drie hoogst geëindigde paren van een lijn en degraderen de drie laagst geëindigde paren.
Bij gelijk eindigen van twee paren zijn de onderling behaalde scores beslissend.
Blijken ook deze gelijk te zijn dan beslist het lot.
Een paar, dat tijdens een ronde meer dan twee keer van (een) invaller(s) gebruik heeft gemaakt is van promotie uitgesloten.
De wedstrijdleider kan in overleg met het bestuur afwijken van de regels voor promotie of degradatie indien een herindeling van de lijnen
gewenst is.
ARTIKEL 8 : INVALLERS
Wanneer een paar vervangen wordt door een invallend paar is de minimaal te behalen score 43 % en de maximale score 50 %.
Indien een speler speelt met één invaller/ster is de minimaal te behalen score 43 % en de maximale score 53 %.
Bij verhindering dienen de leden zèlf voor invallers te zorgen en een en ander te allen tijde en zo vroeg mogelijk aan de wedstrijdleider te melden.
Wanneer een paar niet aanwezig is en niet vervangen wordt door twee invallers wordt aan dat paar bij de eerste keer afwezig een score van 43 %
en bij de tweede en volgende keren afwezig een score van 40 % toegekend.
Deze regeling geldt voor afwezigheid binnen een competitieronde.
ARTIKEL 9 : ONKLAAR BORD
Elke speler dient zijn/haar kaarten te tellen alvorens deze in te zien. Deze spelregel geldt ookvóór het terugsteken van de kaarten in het bord
na afloop van een spel.
Wanneer een onjuist verdeeld bord wordt doorgegeven (en dit geconstateerd wordt vóór devolgende spelers hun kaarten hebben ingezien)
krijgen de beide paren, die hieraan debet zijn, een straf opgelegd van elk 25% van de top van dat spel.
Wanneer de volgende spelers hun kaarten al hebben ingezien vervalt deze straf en wordt voor deze paren een arbitrale score van 40% elk
vastgesteld.
Wanneer de kaarten in een bord gedraaid worden doorgegeven, zal de wedstrijdleider de paren, die daaraan debet zijn een straf van 25% van
de top van dat spel opleggen.
ARTIKEL 10 : ROOKREGELING
Tijdens de zittingen van B.C. “Contract” mag in de wedstrijdzaal niet gerookt worden.
Vóór aanvang en aan het einde van de wedstrijd alsmede tussen de speelrondes mag alleen gerookt worden op de lokatie die door de directie
van de gelegenheid daarvoor is aangewezen.
ARTIKEL 11 : DRIEMANSCHAP
Definitie en samenstelling van een driemanschap:
Een driemanschap bestaat uit drie leden (of leden en toetredende leden) van de club.
De leden van het driemanschap nemen, in wisselende samenstelling, als paar deel aan de competitie en de daarmee samenhangende
kampioenschappen. De onderlinge speelsterkte van de leden van het driemanschap mogen slechts één verschillen.
De overige bepalingen voor paren in dit wedstrijdreglement zijn, voor zover in dit artikel niet anders geregeld, op het driemanschap van toepassing.
Vorming en indeling in groepen:
a. Een driemanschap wordt gevormd met een bestaand paar van de club:
Het driemanschap behoudt de plaats die reeds werd ingenomen door het bestaande paar.
Ook de reeds behaalde scores in een eventueel lopende competitie blijven behouden, evenals de positie die het paar innam in de
diverse kampioenschappen van de club.
b. Een driemanschap wordt gevormd met één of meer bestaande leden van club:
Wanneer het driemanschap wordt gevormd met één, twee (geen paar vormend) of drie bestaande leden van de club, wordt dit
driemanschap – indien mogelijk – ingedeeld als volgt.
1. In het geval van één bestaand lid, één lijn onder die waarin dit lid geplaatst was.
2. In het geval van twee of meer bestaande leden, in de lijn van het laagst geplaatste lid of indien twee leden reeds in één lijn speelden
in diezelfde lijn.
3. Wanneer door plaatsgebrek indeling volgens punt b1 of b2 niet mogelijk is kan dit driemanschap ingedeeld worden in die lijn waar
plaatsing wel mogelijk is.
Een en ander zonder de promotie van de bestaande paren te hinderen en nooit hoger dan de speelsterkte van het hoogst geplaatste lid.
c. Een driemanschap wordt gevormd met drie toetredende leden van de club:
1. Dit driemanschap wordt geplaatst één lijn onder de speelsterkte van het lid met de laagste speelsterkte. Een en ander zonder de
promotie van de bestaande paren te hinderen.
2. Wanneer door plaatsgebrek indeling volgens het bovenstaande niet mogelijk is, kan dit driemanschap ingedeeld worden in de laagste lijn.
Invallersregeling en promotie driemanschap:
Wanneer een driemanschap gebruik maakt van één invaller is de minimaal te behalen score 43 % en de maximale score 53%.
Bij het gebruik van twee invallers is de minimale score 43% en de maximale score 50%. Een driemanschap wat meer dan één keer binnen een
competitieronde gebruik heeft gemaakt van een invaller, is van promotie voor die competitieronde uitgesloten.
Voorkoming tegenstrijdig belang:
Wanneer een lid van een driemanschap elders binnen de club invalt, kan dit uitsluitend in die lijnen waarin het driemanschap niet is ingedeeld.
Wanneer er sprake is van een top-integraal, kan een lid van een driemanschap niet invallen indien het driemanschap in deze top-integraal is
ingedeeld.
Ontbinding driemanschap:
Wanneer een driemanschap ontbonden wordt of de samenstelling van dit driemanschap veranderd, gelden de volgende bepalingen.
1. Eén lid van het driemanschap treedt uit. Het overblijvend paar behoudt zijn plaats en scores in de competitie alsmede zijn positie ten aanzien
van de diverse daarmee samenhangende kampioenschappen. Wanneer het uitgetreden lid met een ander lid of toetredend lid een nieuw
paar gaat vormen, gelden de bepalingen van artikel 4 van dit wedstrijdreglement.
Dit uitgetreden lid verliest tevens zijn plaats en scores in de competitie alsmede zijn positie ten aanzien van de diverse daarmee
samenhangende kampioenschappen.
2. Eén lid van het driemanschap treedt uit en wordt direct of later in de competitie vervangen door een ander lid of toetreden lid.
Het nieuw gevormde driemanschap behoudt zijn plaats en scores in de competitie. Echter het nieuwe driemanschap is uitgesloten van
het behalen van de diverse kampioenschappen in de lopende competitie. Wanneer twee of drie leden uit het driemanschap treden, verliezen
alle leden van dat driemanschap hun plaats en scores in de competitie alsmede hun positie ten aanzien van dediverse daarmee
samenhangende kampioenschappen.
Wanneer de uitgetreden leden met een ander lid of toetredend lid een nieuw paar gaan vormen, gelden de bepalingen van artikel 4 van
dit wedstrijdreglement.
ARTIKEL 12 : SPELEN IN HOGERE OF LAGERE LIJN
Op verzoek van de wedstrijdleider kan een paar voor één zitting in een hogere of lagere lijn spelen. Bij spelen in een hogere lijn krijgt het paar
de behaalde score in die hogere lijn plus 7%, met een maximum van 62% en een minimum van 49%. Indien de behaalde score in de hogere
lijn hoger is dan 62% krijgt het paar die score. Bij spelen in een lagere lijn krijgt het paar de behaalde score in die lagere lijn min 5%, met een
maximum van 62% en een minimum van 45%.
ARTIKEL 13 : GEBRUIK COMMUNICATIEAPPARATUUR
Het gedurende de speelperiode bij zich hebben van communicatieapparatuur, zoals mobiele telefoons of gelijkwaardige apparatuur ( indien
mogelijk met uitgeschakelde akoestische signalering ), is toegestaan mits het gebruik daarvan beperkt blijft tot zeer dringende en noodzakelijke
zaken die geen betrekking hebben op het bridge spel noch op ongeoorloofde uitwisseling van informatie tussen de partners ( zie met name
Spelregel artikel 73B2 ).
Alleen wanneer de wedstrijdleider dat aangeeft, mag deze apparatuur gebruikt worden voor het raadplegen van een daarvoor door de club
goedgekeurde Bridge App.
Bij het overtreden van bovenstaande regels zijn de volgende straffen van toepassing:
a. bij een viertallenwedstrijd wordt het betreffende viertal bestraft met een aftrek van 2 WP.
b. bij een parenwedstrijd wordt het betreffende paar bestraft met een aftrek van van 100% van de top van een spel.
c. bij een individuele wedstrijd wordt de betreffende speler bestraft met een aftrek van 100% van de top van een spel.
d. indien de uitslag van de wedstrijd in IMP wordt vastgesteld, bedragen de bovenstaande straffen 10 IMP.
Dit reglement is voor het eerst goedgekeurd tijdens de Algemene Ledenvergadering van september 1992.
Wijzigingen in de artikelen 6 en 8 en aanvulling met artikel 11 werden goedgekeurd op 5 september 1996.
Wijzigingen in de artikelen 2, 6, 7, 8 en 10 werden goedgekeurd op 9 september 1999.
Wijzigingen in de artikelen 3 en 6 en het laten vervallen van artikel 11 werden goedgekeurd op 7 september 2000.
Het laten vervallen van voormalig artikel 2, de veranderde nummering van de artikelen, het opnemen van artikel 6 en wijzigingen in de
artikelen 1,2,3,8 en 10 werden goedgekeurd op 7 september 2006.
Het wijzigen van de artikelen 4,8 en 10 werd goedgekeurd op 31 maart 2009.
Het wijzigen van de artikelen 4 en 5 werd goedgekeurd op 20 juli 2009.
Het wijzigen van artikel 5 en toevoegen van artikel 11 op 1 oktober 2010.
Het wijzigen van artikel 4 en 7 en toevoegen van artikel 12 op 20 oktober 2016
Het toevoegen van artikel 12 op 27 oktober 2022